Misverstanden

De Zwarte bij is agressief
Om dit uit te klaren is er nood aan een beetje genetica (wat op deze pagina staat is dus zeker niet allesomvattend).  Zowel bij dieren als bij planten wordt de uitwerking van een eigenschap grotendeels bepaald door het DNA waarvan de ene helft afkomstig is van de moederfiguur en de andere helft van de vaderfiguur. Voor elke eigenschap bestaan er in het DNA enkele stukjes code met elk hun eigen betekenis. Kortweg bestaan er bij honingbijen 2 stukjes code voor de eigenschap defensiviteit: D (welk staat voor agressief) en d (welk staat voor zachtaardig).

Werksters en koninginnen beschikken over 2 stukjes code, het ene gekregen van moeder (de koningin) en het andere van vader (de dar). Een dar beschikt over slechts 1 stukje code, gekregen van de moeder (de koningin). Voor werksters (en koninginnen) zijn er dus 3 combinaties mogelijk: DD, Dd en dd. Een werkster met de combinatie DD zal agressief zijn en een werkster met de combinatie dd zal zachtaardig zijn. In tegenstelling tot wat misschien logisch lijkt zullen werksters met de combinatie Dd niet half-agressief of half-zachtaardig zijn, maar zullen zij eveneens agressief zijn. Dat komt doordat het stukje code D zwaarder doorweegt dan het stukje code d bij het bepalen van de uitwerking van de eigenschap. Onderstaande figuur maakt duidelijk dat alle werksters uitsluitend zachtaardig zullen zijn indien zowel de moeder als de vader zelf eveneens zachtaardig zijn zoals in situatie F (zie figuur hieronder) het geval is. Om dat te bekomen wordt gebruik gemaakt van selectie (zie ook Teeltstrategie).

Kijk tot slot ook eens in onze mediatheek naar het filmpje Kennismaking Belgische Zwarte bij.

defensiteit
Zwarte bijen geven problemen voor imkers met Carnica- of Buckfastbijen
Het erfelijkheidsprincipe van de defensiviteit-eigenschap werkt op eenzelfde wijze voor alle ondersoorten / rassen. Het principe uit bovenstaande figuur is dus ook van toepassing wanneer de koningin en de dar van een verschillende ondersoort / ras zijn. Zolang de stamvolken – de bijenvolken waar de koningin en de dar van afkomstig zijn – zelf (ras)zuiver én zachtaardig geselecteerd zijn, zal de kruising (of hybride) die daaruit volgt  – ook wel F1 genoemd – geen noemenswaardige problemen met zich meebrengen op vlak van zachtaardigheid. Teelt men vervolgens echter verder van die F1 (een F2 dan), dan ontstaat er wel een verhoogd risico op agressiviteit omdat er vanaf dan ook andere genetische effecten beginnen op te spelen.

Doordat Zwarte bijen in vroegere tijden niet geselecteerd werden was de combinatie dd toen vrij zeldzaam, de meeste Zwarte bijen waren dus met andere woorden aan de agressieve kant. Bijgevolg waren toen ook de kruisingen met andere types honingbijen agressief, zeker vanaf de F2-generatie. Echter, door onwetendheid omtrent genetica leeft bij menig imker vandaag de dag nog steeds de idee dat wanneer een koningin van het Carnica- of Buckfasttype bevrucht wordt door een dar van het Zwarte type, het nageslacht (de werksters) van die koningin automatisch agressief zal zijn. Men is er dus met andere woorden van overtuigd dat agressie een gevolg is van het kruisen. Met bovenstaande weet u bij deze natuurlijk wel beter!

Kijk tot slot ook eens in onze mediatheek naar het filmpje Kruisingen van de Zwarte bij zachtaardig.